Studeren na het gymnasium
“Ik ben Jemimah. Ik ben een afgestudeerde scholier van het Gymnasium Haganum. Vanaf volgend schooljaar (2017-2018) wil ik studeren aan de Universiteit Twente. Daar wil ik de studie Creative Technology volgen. Maar dit is zeer lastig; ik heb namelijk geen verblijfsvergunning. Hierdoor wordt het bijna onmogelijk om het collegegeld te betalen. Ik kom immers niet in aanmerking voor studiefinanciering en mag zelfs niet werken om mijn studie te financieren. Laatst kreeg ik onbeschrijfelijk nieuws te horen: ik mocht mezelf niet eens inschrijven voor de studie. En daarmee wordt hetgeen waar ik al mijn hele leven hard voor werk en wil werken, bedreigd: mijn toekomstperspectief.
Sinds mijn vijfde heb ik geen verblijfsstatus. Voor mij had dat toen kleine betekenis. Hier en daar bijvoorbeeld niet op vakantie kunnen, raakte me veel minder. Maar toen ik opgroeide en ouder werd besefte ik wat het gebrek aan status met mij doet. Het gevoel van onzekerheid, de houvast en bescherming die ik dreig te verliezen heeft mentale impact op mij. Ik ben bang dat ik niet naar school kan gaan en mijn vrienden daardoor kwijtraak, bang dat mijn gezin wordt weggestuurd naar Kameroen, bang dat iemand weet dat ik ongedocumenteerd ben en aangifte doet. Ik voel schaamte voor mijn legale status, die mij een buitenbeen maakt, en verzweeg tot kort toe daarom mijn situatie.
De mensen met wie ik omga, gaan er automatisch van uit dat ik Nederlander ben. Als ze te horen krijgen dat ik geen status heb, schrikken ze. Ze zeggen: ‘maar je bent hier geboren, je spreekt goed Nederlands, je studeert aan het Gymnasium, je hebt een grote toekomst in Nederland. Na deze verwondingen val ik stil. Ik ben dan verdrietig en voel mij machteloos: want ik ben een geboren en getogen Nederlandse in alles behalve document.
Nederland heeft me gemaakt tot wie ik nu ben. Wie ben ik dan nu? Ik ben: iemand met een luisterend oor, waardoor mijn vrienden en familie zichzelf ongestoord kunnen uiten; iemand die zich over tegenslagen heen zet, waardoor elk jaar zonder verblijfsvergunning mij juist meer motiveert die te bemachtigen; iemand met een irreële angst voor grote vogels (ik ben namelijk op mijn zevende aangevallen door een reiger).
Maar ik ben vooral iemand met verantwoordelijkheid. De verantwoordelijkheid om te zorgen dat ik mijn studie kan voortzetten. Dat mijn broertjes niet meer net als ik hetzelfde mentale traject hoeven te doorlopen, om zo echt weer kind te zijn. Om, hoewel mijn instinct mij zegt stil te blijven, open te zijn over deze situatie. Want alleen zo kan ik mijn steen bijdragen in het verbeteren van de toekomst van mijn gezin en mij.
Dat mijn familie en ik zonder verblijfsvergunning leven is een feit. Het enige wat ik vraag is dat iemand naar mijn verhaal luistert en me helpt om oplossingen te vinden.”
Nadat de coördinator van het Wereldhuis Jemimah geholpen heeft met het schrijven van haar verhaal, is er contact gemaakt met de Universiteit om inschrijving mogelijk te maken. De coördinator heeft met de Universiteit gebeld en gesproken met ‘Hoofd Studenten Administratie’ (HSA) van de Universiteit. In dit geval had de HSA veel vragen. Ze wilde vooral alles volgens de wet doen. De coördinator van het Wereldhuis heeft haar uitgelegd dat een verblijfsvergunning niet noodzakelijk is voor het volgen van een studie aan de Universiteit. Hij verwees naar de wetsartikelen op basis waarvan Jemimah het recht op onderwijs aan kan ontlenen, hoewel ze geen verblijfsvergunning heeft. Het gaat om de artikelen: 7.32 lid 5 sub Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en 8 lid f Vreemdelingenwet 2000. Daarin staat geschreven dat een vreemdeling met een rechtmatig verblijf (lees: in procedure) bij aanvang van de studie zich kan inschrijven aan de Universiteit. Na verschillende gesprekken en mailberichten met juristen en HSA van de Universiteit is besloten om Jemimah vooralsnog in te schrijven.
Samen met de partners wordt nu gekeken naar mogelijkheden voor een verblijfsvergunning. Ook wordt in de gaten gehouden dat Jemimah bij aanvang van haar studie nog steeds in procedure is, zodat haar inschrijving achteraf niet ongeldig wordt gemaakt. Verder worden fondsen verzameld voor de kosten van haar studie, onderdak, reis en boeken.